Het kindgebonden budget inclusief de alleenstaande ouderkop moet bij de berekening van de kinderalimentatie niet in mindering komen op de kosten van het levensonderhoud van kinderen (de behoefte). Dit heeft de advocaat-generaal van de Hoge Raad geadviseerd. Volgens de advocaat-generaal moet het kindgebonden budget worden opgeteld bij het inkomen van de ouder die het budget ontvangt en op die manier meewegen bij diens draagkracht. Dit advies wijkt af van de aanbeveling van de Expertgroep Alimentatienormen: het volledig kindgebonden budget wel in mindering brengen op de behoefte van het kind. Het is deze aanbeveling die momenteel nog altijd wordt gevolgd in de rechtspraak.
De vraag is nu of de Hoge Raad met het advies van de advocaat-generaal meegaat en of er dus opnieuw wijzigingen met betrekking tot de kinderalimentatie zullen plaatsvinden. Mocht de Hoge Raad in afwijking van de aanbeveling van de Expertgroep Alimentatienormen beslissen, dan zou dit nog wel eens kunnen leiden tot een stroom van nieuwe verzoeken tot wijziging van de kinderalimentaties die reeds zijn vastgesteld. Heel veel ouders hebben na hun scheiding dan namelijk mogelijk te weinig alimentatie gekregen voor de verzorging van hun kinderen.
Het is nog niet duidelijk wanneer de beslissing van de Hoge Raad wordt verwacht. Wanneer de Hoge Raad zich over dit onderwerp zal uitlaten, zal opnieuw een artikel over dit onderwerp op de website van Castelijns Kaandorp Hoekstra advocaten worden gepubliceerd.
Heeft u over het advies van de advocaat-generaal nog vragen of wenst u hierover meer informatie te ontvangen, dan kunt u contact opnemen met mevrouw mr. J.H.M. de Boer (tel: 072 – 511 40 32 of deboer@ckh-advocaten.nl).
